Lid worden

Wat krijg je voor 90 euro per jaar?

  • Behartiging van de belangen van de leraren in het primair en voortgezet onderwijs
  • Inclusief rechtshulp bij vragen of problemen op uw werk
  • Faciliteiten op de website
  • Maandelijks de LIA-nieuwsbrief
Meld je nu aan

Het schoolschrift

Dit is de tekst zoals die handgeschreven in een schoolschrift is aangeboden aan de
Eerste Kamer



9 januari 2012
Geachte leden van de Eerste Kamer,

Waarom een staking in het voortgezet onderwijs? Daar heeft LIA tal van argumenten voor die we in dit schrift, te hooi en te gras, opsommen. De wijzigingen in de Wet op de Onderwijstijd etc. zijn slechts de spreekwoordelijke druppel die de emmer doet overlopen.



1.    LIA maakt zich zorgen over de kwaliteit van het voortgezet onderwijs. Zo’n 30 % van de lessen wordt gegeven door leraren die niet over de juiste papieren beschikken. Onderzoek heeft uitgewezen (niet zo gek, toch) dat bevoegde leraren betere resulaten behalen.



2.    LIA vindt dat de maatregelen die genomen worden om ons vak weer aantrekkelijk te maken volstrekt onvoldoende zijn. En: bovendien worden er allerlei maatregelen genomen die het gunstige effect van de positieve maatregelen weer te niet doen.



3.    Het passend onderwijs past wat ons betreft niet: sommige leerlingen hebben nu eenmaal een deskundige begeleiding in een kleinschalige setting nodig. Door hen bij 30 reguliere leerlingen te plaatsen doe je niet alleen hun tekort, maar ook hun klasgenoten. En de leraar wordt opgescheept met een onwerkbare situatie.



4.    Er is op zich geen bezwaar tegen 1040 lesuren, mits…. dat goede lessen zijn, gegeven door goede, bevoegde leraren. Binnen de taakomvang van de zittende leraren is geen ruimte: zij maken hun uren al ruimschoots. Voor nieuwe leraren (zo die al voorhanden zouden zijn) is simpelweg geen geld.



5.    Het inkorten van de vakantie maakt het werken in het onderwijs onaantrekkelijker. Dat kan Nederland zich niet veroorloven. Het Nederlandse vo heeft al de kortste vakantie van Europa!



6.    Als leraren zeven tot tien dagen méér moeten lesgeven, kunnen zij per week minder lesuren verzorgen om een gelijke taakomvang te houden. Aangezien het niet de bedoeling is dat leerlingen minder uren per week krijgen, moeten er dus meer mensen worden aangetrokken, tenzij ….. je de leerlingen met drie klassen samen in de aula laat werken onder toezicht van de concierge: de befaamde ‘ophokuren’



7.    Het enige nut van het verkorten van de vakantie noemde Mevrouw Van Bijsterveldt in de Tweede Kamer: ouders vinden het niet prettig dat hun kinderen zo lang op straat rondhangen. Maar een school is toch geen opvanginstituut?



8.    Die opvangfunctie zien we nu al duidelijk terug in het vo. Leerlingen die zich grof misdragen mogen niet van school worden verwijderd. Dat weten ze, dat weten hun ouders. En dus blijven ze zichzelf, hun medeleerlingen en hun leraren in de weg zitten.



9.    Finland heeft de beste onderwijsresultaten van Europa. De leerlingen hebben daar 780 uur les van hoogopgeleide leraren. Kwaliteit in plaats van kwantiteit.



10.    Een goede leraar heeft tijd nodig om goede lessen voor te bereiden, heeft tijd nodig om zijn kennis en vaardigheden op peil te houden. Wat ons betreft zou 20 lesuren per week het maximum moeten zijn.



11.    Officieel geeft de Nederlandse leraar 25 lesuren per week. In de praktijk geven leraren tot 28-29 lesuren van 50 minuten. Dit komt omdat 50% van de scholen anders de begroting niet rond krijgt. Men heeft deze drie/vier extra-uren kunnen creëren door leraren te beknotten op voorbereidingstijd en deskundigheidsbevordering.



12.    Wat ons betreft wordt wettelijk vastgelegd hoeveel tijd leraren krijgen om hun lessen voor te bereiden, hoeveel tijd zij krijgen voor na- en bijscholing. Het is niet te verkopen dat er minder aan deskundigheidsbevordering gedaan wordt, omdat scholen een financieel probleem hebben.



13.    Het liefste zouden wij de lerarensalarissen uit de lumpsum halen. De overheid is er immers voor verantwoordelijk dat leerlingen goed les krijgen. En daarvoor zijn goede leraren noodzakelijk. Tenminste zouden de lerarensalarissen een geoormerkt bestanddeel van diezelfde lumpsum moeten zijn.



14.    De ‘gratis’ boeken zijn niet zo gratis als ze lijken. Het geld dat hiervoor aan de lumpsum is toegevoegd is op scholen met een havo-vwo afdeling volstrekt onvoldoende. De verwachte marktwerking is uitgebleven: er zijn nog maar drie grote leveranciers van schoolboeken, de prijzen van boeken zijn niet gedaald. Scholen moeten daarom uit eigen middelen geld bijpassen. Leraren hebben geen keuze uit leermiddelen, leerlingen mogen niet in werkboeken schrijven, de kopieermachines draaien overuren.



15.    De Nederlandse klassen zijn groter dan in andere Europese landen. Gemiddeld vijf leerlingen meer. Niet goed voor de leerlingen, niet goed voor de leraren. Een leraar met een twee-uursvak en een volledige baan heeft 400 leerlingen onder zijn hoede. Maatwerk wordt dan nachtwerk.



16.    De zeggenschap van de Nederlandse leraar is fors afgenomen. Binnen de school bemoeit het management zich steeds meer met de les, buiten de school is de leraar niet evenredig vertegenwoordigd. Als je nagaat hoeveel procent van de leraren achter de laatst afgesloten CAO staat…..



17.    De VO-raad wordt gezien als een instituut dat de sector vertegenwoordigt, ook door de politiek. Dit is geheel ten onrechte: de VO-raad vertegenwoordigt de werkgevers en niet eens alle werkgevers. Toch is de VO-raad vaak de gesprekspartner van het ministerie.



18.    Er zijn wel heel veel instituten die allemaal mee moeten eten uit de onderwijsruif. Daar zou best flink in gesneden mogen worden.



19.    De bevindingen van de commissie Dijsselbloem hebben niets geholpen. Er wordt uitsluitend gewag gemaakt van de zelfstandigheid van de scholen als dat (financieel) beter uitkomt. Er worden nog steeds zaken op het bordje van scholen gelegd waar het veld niet om gevraagd heeft: maatschappelijke stage, passend onderwijs, etcetera.



20.    De kwaliteit van veel lerarenopleidingen is niet goed genoeg. Studerenden krijgen te weinig uren les in het vak dat zij willen gaan onderwijzen. Met het voornamelijk vullen van portfolio’s worden zij geen goede leraren.



21.    Leraren hoeven geen lease-auto, leraren hoeven geen prestatiebeloning ten koste van hun collega’s. Leraren willen genoeg ruimte om hun taak goed te kunnen uitvoeren.



22.    Lesgeven is een prachtig vak, een belangrijk vak. Het is een overheidstaak om ervoor te zorgen dat er voldoende mensen zijn die dit vak willen uitoefenen. Uiteraard kost het verhelpen van bovenstaande zaken geld (of soms alleen maar het anders inzetten van geld).

Wij vinden dat de Nederlandse leerling, wonend in een van de welvarendste landen ter wereld, recht heeft op onderwijs van uitstekende kwaliteit.

* * * * *