Wat wil LIA?
LIA wil dat leraren in staat worden gesteld hun werk goed te doen, waardoor leerlingen het onderwijs krijgen waar ze recht op hebben.
Dat willen we in het primair onderwijs door:
- Een realistische werkdruk te realiseren met een maximum van 24 leerlingen per klas en 12 in het speciaal onderwijs en een maximum van 16,6 klokuren les per week (dus in tijd gelijk aan de 20 lessen van 50 minuten per week in het voortgezet onderwijs)
- Voldoende tijd voor de voorbereiding en nazorg van lessen
- Voldoende tijd om met collega’s in en buiten de school te bouwen aan goed onderwijs
- Leraren verantwoordelijk te laten zijn voor de ontwikkeling van onderwijsbeleid
- Goede arbeidsvoorwaarden zo veel mogelijk landelijk in de cao geregeld, die wordt vastgesteld door de vakbonden en de werkgever, te weten het ministerie van Onderwijs. De rol van de sectorraad (de PO-raad) is bij de cao-onderhandelingen uitgespeeld
- Beter onderwijs te bewerkstelligen door onze invloed te versterken in de P(G)MR
- Goede en gezonde werkplekken voor leraren
- Voldoende tijd en geld voor nascholing
- Een fatsoenlijk salaris door de huidige schalen in het primair onderwijs gelijk te trekken met de schalen in het voortgezet onderwijs. Dit betekent, net als LIA voor het voortgezet onderwijs wil, een startsalaris gelijk aan LC-VO voor alle bevoegde leraren en een startsalaris gelijk aan LD-VO voor leraren met een academische graad of een HBO-master
- De leerkracht wordt weer ambtenaar, waarbij de salarissen weer rechtstreeks door de overheid betaald worden en de lumpsum wordt ‘uitgekleed’.
- Een puur faciliterende rol voor schoolbesturen, die zich niet bezighouden met de inrichting van het onderwijs en andere zaken op schoolniveau
- Terug naar een werkweek van 36,86 uur
Dat willen we in het voortgezet onderwijs door:
- Een realistische werkdruk te realiseren met een maximum van 24 leerlingen per klas en een maximum van 20 lesuren van 50 minuten per week (of, bij een andere lesduur, maximaal 1000 minuten, dus 16,6 klokuren)
- Voldoende tijd voor de voorbereiding en de nazorg van lessen
- Voldoende tijd om met collega’s in en buiten de school te bouwen aan goed onderwijs
- Leraren verantwoordelijk te laten zijn voor de ontwikkeling van onderwijsbeleid
- Goede arbeidsvoorwaarden zo veel mogelijk landelijk in de cao geregeld, die wordt vastgesteld door de vakbonden en de werkgever, te weten het ministerie van Onderwijs. De rol van de sectorraad (de VO-raad) is bij de cao-onderhandelingen uitgespeeld
- Beter onderwijs te bewerkstelligen door onze invloed te versterken in de P(G)MR
- Goede en gezonde werkplekken voor leraren
- Voldoende tijd en geld voor nascholing
- Een fatsoenlijk salaris dat zorgt voor deskundigheid in de school: startsalaris LC voor leraren met een tweedegraads bevoegdheid en een startsalaris LD voor leraren met een eerstegraads bevoegdheid
- De leerkracht wordt weer ambtenaar, waarbij de salarissen weer rechtstreeks door de overheid betaald worden en de lumpsum wordt ‘uitgekleed’.
- Een puur faciliterende rol voor schoolbesturen, die zich niet bezighouden met de inrichting van het onderwijs en andere zaken op schoolniveau
- Terug naar een werkweek van 36,86 uur