Volledige afspraak ontwikkeltijd in nieuwe cao vo 2025 – 2027 verdwenen

21 - 12 - 2025

In de vorige CAO VO was in (het toenmalige) artikel 8.3 een afspraak opgenomen over ontwikkeltijd. Daarmee werden scholen verplicht om de maximale lestaak van 750 naar 720 klokuren te verlagen. Dat kwam neer op 30 klokuren vermindering, overeenkomstig de lesduur van 1 les per week per schooljaar.

Voor voor- en nawerk (opslagfactor) werd gerekend met 20 klokuren, waardoor in de jaartaak een vermindering van totaal 50 klokuren moest zijn opgenomen. Over de invulling van de vrijkomende uren vond tussen het onderwijzend personeel overleg plaats. Leraren waren daarmee vrij om, in overleg met hun leidinggevende, zelf afspraken te maken over de inzet van deze vrijkomende uren.

Dit alles is nu uit de cao vo gehaald. Wat betekent dit voor de toekomst?

Welnu, scholen die nu ontwikkeltijd (of een andere benaming) in hun taakbeleid/jaartaak hebben opgenomen, behouden deze taak en uren voorlopig. Maar, indien op enig moment het bevoegd gezag, bijvoorbeeld vanuit de 'professionele dialoog', een voorgenomen wijziging van het taakbeleid presenteert, dan is de kans aanwezig dat deze 50 uren worden geschrapt. Helaas staat de nieuwe cao vo toe dat schoolbesturen de ruimte krijgen om een dergelijke taakverzwaring door te voeren. Daar moet de personeelsgeleding van de (G)MR dus erg goed voor oppassen.

Scholen die de ontwikkeltijd nog niet hebben gerealiseerd hoeven dat dus niet meer te doen. Wel moet de maximale lestaak worden verlaagd van 750 naar 720 klokuren, tenzij met de personeelsgeleding van de (G)MR en een meerderheid van het 2/3 van het personeel anders wordt overeengekomen. In de praktijk zal dat betekenen dat 1 les taakvermindering wordt opgevuld met andere taken en opdrachten, waardoor de werkdruk naar alle waarschijnlijkheid niet zal afnemen. Het is zelfs mogelijk dat lessen (denk aan vervanging en mentoraat) worden verschoven van een les naar een taak, waardoor in de praktijk er helemaal geen lesreductie plaatsvindt. Ook op dit punt moet de P(G)MR erg goed de vinger aan de pols houden.

Al met al is dus veel aandacht en oplettendheid van de medezeggenschap vereist om te voorkomen dat onze werkdruk nog verder zal toenemen. In ieder geval maakt deze nieuwe cao vo het voor werknemers niet makkelijker, ook niet met gebruikmaking van het ‘professionele gesprek’, om tot een verlaging van de werkdruk te komen.