Lid worden

Wat krijg je voor 90 euro per jaar?

  • Behartiging van de belangen van de leraren in het primair en voortgezet onderwijs
  • Inclusief rechtshulp bij vragen of problemen op uw werk
  • Faciliteiten op de website
  • Maandelijks de LIA-nieuwsbrief
Meld je nu aan

Lerarenopleidingen

03-09-2009

Actuele stand van zaken
De kwaliteit van de lerarenopleidingen voor voortgezet onderwijs staat ter discussie. Studenten vinden dat ze te weinig vakinhoudelijke en -didactische kennis opdoen en teveel met pedagogische vraagstukken geconfronteerd worden. Ook scholen constateren dat de vakkennis van stagiaires en juniorleraren vaak gering is en dat de samenwerking tussen opleiding en stageschool weinig effectief blijkt. Dit alles heeft de kwaliteit van de lerarenopleidingen, en daarmee het voortgezet onderwijs, geen goed gedaan.

 

Standpunt LIA
LIA is van mening dat de lerarenopleidingen deels oorzaak zijn van de teruglopende kwaliteit en het gebrek aan aantrekkingskracht van het voortgezet onderwijs. LIA wil dat de kwaliteit en continuïteit terugkomen in de lerarenopleiding zodat de scholen en de leraren de status krijgen die ze verdienen. Deze ambitie steunt op twee hoofdlijnen:

 

1) Onderwijzen boven opvoeden (voor de tweedegraadsopleidingen)
LIA is van mening dat de primaire taak van leraren lesgeven is. De laatste jaren hebben leraren teveel maatschappelijke problemen proberen op te lossen. LIA vindt dat de prioriteit bij het leraarschap ligt; het opvoedkundige aspect is hieraan ondergeschikt. Op de opleidingen moet de aandacht dus uitgaan naar vakinhoud en vakdidactiek en minder naar pedagogiek en onderwijskunde.

 

2) De opleiding de school in (voor de universitaire eerstegraadsopleidingen)
Lesgeven leren studenten in de praktijk. Zo gauw studenten genoeg bagage hebben gaan ze de school in en worden ze begeleid door seniorleraren. Deze leraren zijn bekwaam, hebben een opleiding gevolgd en krijgen genoeg faciliteiten om studenten en juniorleraren intensief te begeleiden. De samenwerking tussen opleiding en school dient hiervoor veel effectiever te zijn dan nu het geval is.

 

De introductie van de zogenaamde ‘educatieve minor’, een universitair bijvak met stage waarmee studenten in de onderbouw en het vierde jaar van het VMBO mogen lesgeven, leidt volgens LIA niet tot een structurele oplossing voor het lerarentekort en kwaliteitsverbetering. Wel zorgt het voor nog meer onduidelijkheid over kwalificaties en competenties en voor een onwenselijke concurrentiepositie met de tweedegraadslerarenopleidingen. 

 

LIA wil uiteindelijk alleen bevoegde leraren voor de klas. De kwaliteit van die bevoegdheid moet gegarandeerd worden door opleidingsinstituten die studenten vakkennis, algemene kennis en vakdidactiek bijbrengen, toegepast in de stageschool onder begeleiding van een deskundige seniorleraar.